Exodus 33:11

SVEn de HEERE sprak tot Mozes aangezicht tot aangezicht, gelijk een man met zijn vriend spreekt; daarna keerde hij weder tot het leger; doch zijn dienaar Jozua, de zoon van Nun, de jongeling, week niet uit het midden der tent.
WLCוְדִבֶּ֨ר יְהוָ֤ה אֶל־מֹשֶׁה֙ פָּנִ֣ים אֶל־פָּנִ֔ים כַּאֲשֶׁ֛ר יְדַבֵּ֥ר אִ֖ישׁ אֶל־רֵעֵ֑הוּ וְשָׁב֙ אֶל־הַֽמַּחֲנֶ֔ה וּמְשָׁ֨רְתֹ֜ו יְהֹושֻׁ֤עַ בִּן־נוּן֙ נַ֔עַר לֹ֥א יָמִ֖ישׁ מִתֹּ֥וךְ הָאֹֽהֶל׃ ס
Trans.wəḏiber JHWH ’el-mōšeh pānîm ’el-pānîm ka’ăšer yəḏabēr ’îš ’el-rē‘ēhû wəšāḇ ’el-hammaḥăneh ûməšārəṯwō yəhwōšu‘a bin-nûn na‘ar lō’ yāmîš mitwōḵə hā’ōhel:

Algemeen

Zie ook: Aangezicht, Gelaat, Jozua, Mozes, Nun (persoon), Vrienden

Aantekeningen

En de HEERE sprak tot Mozes aangezicht tot aangezicht, gelijk een man met zijn vriend spreekt; daarna keerde hij weder tot het leger; doch zijn dienaar Jozua, de zoon van Nun, de jongeling, week niet uit het midden der tent.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

דִבֶּ֨ר

sprak

יְהוָ֤ה

En de HEERE

אֶל־

-

מֹשֶׁה֙

tot Mozes

פָּנִ֣ים

aangezicht

אֶל־

-

פָּנִ֔ים

aan aangezicht

כַּ

-

אֲשֶׁ֛ר

-

יְדַבֵּ֥ר

spreekt

אִ֖ישׁ

gelijk een man

אֶל־

-

רֵעֵ֑הוּ

met zijn vriend

וְ

-

שָׁב֙

daarna keerde hij weder

אֶל־

-

הַֽ

-

מַּחֲנֶ֔ה

tot het leger

וּ

-

מְשָׁ֨רְת֜וֹ

doch zijn dienaar

יְהוֹשֻׁ֤עַ

Jou

בִּן־

de zoon

נוּן֙

van Nun

נַ֔עַר

de jongeling

לֹ֥א

-

יָמִ֖ישׁ

week

מִ

-

תּ֥וֹךְ

niet uit het midden

הָ

-

אֹֽהֶל

der tent


En de HEERE sprak tot Mozes aangezicht tot aangezicht, gelijk een man met zijn vriend spreekt; daarna keerde hij weder tot het leger; doch zijn dienaar Jozua, de zoon van Nun, de jongeling, week niet uit het midden der tent.

________

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!